Een eufemisme is een stijlfiguur waarmee iets mooier, vriendelijker of minder onaangenaam wordt voorgesteld dan het in werkelijkheid is.

Vaak gaat het om het in andere, minder confronterende bewoordingen weergeven van zaken waarop een algemeen taboe rust. Het gebruik van eufemismen wordt met andere woorden sterk bepaald door gevoelswaarde (connotatie).

Etymologie

Het woord 'eufemisme' is afgeleid van de Oudgriekse woord εὖ (eu), wat 'goed' betekent, en φήμη (phḗmē), wat 'mededeling' of 'bericht' betekent.[1][2]

Toepassingen

Eufemismen worden gebruikt om onaangename zaken te beschrijven met woorden die van zichzelf niet aanstootgevend zijn. Dit is nogal eens gewenst in public relations en politiek. Met name onderwerpen die aan een hevige maatschappelijke beroering onderhevig zijn, geven aanleiding tot het ontstaan van eufemismen. Het gebruik van eufemismen is dan ook een reeds lang bestaande techniek van machthebbers om hun acties mooier te doen voorkomen dan ze in werkelijkheid zijn.[3]

Geschiedenis en politiek

Eufemismen worden geregeld door overheden gebruikt voor omstreden historische gebeurtenissen. Een voorbeeld is de door de toenmalige Nederlandse regering gebezigde term "Politionele Acties" voor het militair optreden in 1945-1949 om de Indonesische onafhankelijkheidsstrijd de kop in te drukken. Evenzo spraken de Russische autoriteiten (onder wie president Poetin) lange tijd van een "speciale militaire operatie" ter aanduiding van de in 2022 begonnen Russische inval in Oekraïne.

Andere voorbeelden:

Bedrijfsleven

Enkele voorbeelden van gangbare eufemismen met betrekking tot het bedrijfsleven:

Alledaags leven

Er bestaan ook allerlei eufemismen voor minder prettige zaken uit het dagelijks leven:

Medische wereld

Ook ernstige ziekten worden vaak met eufemismen aangeduid. Zo werd in vroeger tijden verzachtenderwijs gesproken van de gave Gods of (wat minder eufemistisch) de zwarte dood voor de pest en van tuberculose (naar de medische omschrijving Mycobacterium Tuberculosis) ter vervanging van tering en witte pest. Spoedig was ook het woord tuberculose beladen en sprak men van tbc en vervolgens van tb. Naarmate de machteloosheid om deze ziekten te bestrijden groter werd, nam het aantal eufemismen navenant toe.

Artsen, diplomaten en andere professionals gebruiken soms ook bedekte termen, die alleen onder elkaar betekenis hebben.

Indeling

Naar doel

Er zijn in het algemeen vijf redenen te onderscheiden om een eufemisme te gebruiken:

  1. Uit fijngevoeligheid of tact, om de gevoelens van een persoon te sparen. Een voorbeeld is: hij/zij is boven zijn/haar theewater of hij/zij heeft te diep in het glaasje gekeken (voor hij/zij is dronken) of bewoner (voor patiënt van een verpleeghuis).
  2. Om bepaalde dingen niet bij de naam te noemen. Hierbij gaat het vaak om lichamelijke of seksuele zaken, bijvoorbeeld seksuele volkstaal en eufemismen.
  3. Uit gevoelens van bijgeloof of taboe of voor iets sacrosancts. Voor bijvoorbeeld het woord duivel bestaan vele eufemismen zoals drommel en droes. De naam Jezus wordt verbasterd tot vormen als jee (O jee(tje)), joost, enzovoorts. Het gaat hier ook om woorden die te maken hebben met de dood, of een ernstige ziekte. Voorbeelden zijn: Hij verwisselde het tijdelijke voor het eeuwige of Hij is uit het leven gestapt.
  4. Om de waarheid te verdoezelen. Zo stond Kristallnacht in de Duitse nazitijd voor de nacht waarin de ruiten van vele joodse winkels ingegooid werden en de straten dus vol glas lagen. Dit is sindsdien een vaste term geworden waarvan het eufemistische karakter is verdwenen.
  5. Om zich uit de slag te trekken. Mijn kamer is bijna opgeruimd (Ik moet nog aan het opruimen beginnen). Ik heb een meningsverschil gehad met mijn trainer, om een blauw oog uit te leggen.

Naar vorm

Eufemismen zijn qua vorm in een aantal categorieën onder te verdelen:

Woordverandering

Als een woord of soms een hele zin tot een eufemisme verwordt, vervalt de oude betekenis meestal. Dit verschijnsel heet in het Engels taboo deformation. In eufemismen veranderde woorden laten in de taal hun sporen achter. Uit de studie van het Indo-Europees zijn verschillende voorbeelden bekend, zoals de woorden voor beer (*rktos) en wolf (*wlkwos). Deze woorden hebben een moeilijke etymologie als gevolg van taboo deformation. Het Germaanse woord beer betekent bruine man. Het Slavische equivalent (*medu-ed-) betekent honing-eter. De connotatie van een woord verandert sneller dan de denotatie. Hierdoor is het spreken in eufemismen vrij subjectief.

Context

Of een woord of uitdrukking een eufemisme is hangt vaak af van de context (zie bovenstaande voorbeelden). De uitdrukking visueel gehandicapt kan worden beschouwd als een eufemisme voor het woord blind, maar kan ook worden gebruikt om mensen met een beperkte gezichtshandicap aan te duiden. Hetzelfde geldt voor gehoorgestoord ter vervanging van doof.

Sarcasme

De mooie of vriendelijkere voorstelling kan soms ook sarcastisch bedoeld zijn, bijvoorbeeld "de boel verbouwen" voor vernielen en de term "liquidatie" (een term voor finale schuldvereffening uit het faillissementsrecht) werd zo bijvoorbeeld een synoniem voor moord. In dit soort gevallen is er dus geen sprake van een eufemisme in eigenlijke zin, aangezien hier in plaats van een verzachtend eerder een tegengesteld (dus versterkend) effect beoogd of bereikt wordt. Zie ook understatement.

Tredmolen van het eufemisme

Eufemismen zijn sterk aan slijtage onderhevig. Door het veelvuldige gebruik ervan worden het vrijwel altijd na kortere of langere tijd zelf juist taboewoorden. Dit kan op den duur leiden tot een hele cyclus van woorden die aanvankelijk een verzachtende functie hadden en gaandeweg weer vervangen moesten worden. In de taalkunde heet dit proces de "tredmolen van het eufemisme".[6] Enkele voorbeelden van op deze manier ontstane "eufemismenreeksen" in het Nederlands:

Verwante begrippen

Nauw verwant aan het eufemisme zijn woorden die worden ingevoerd als politiek correct alternatief voor woorden die door sommigen als te beladen kunnen worden ervaren. Voorbeelden zijn:

Een eufemisme kan de vorm hebben van een allusie. Stijlfiguren die tot op zekere hoogte verwant zijn aan het eufemisme zijn het understatement en de litotes. Een belangrijk verschil is dat deze twee laatste stijlfiguren niet noodzakelijkerwijs betrekking hebben op iets negatiefs. Daarnaast is het effect ervan vaak juist versterkend, in plaats van verzachtend zoals bij eufemismen.[8][3]

Exact tegengesteld aan het eufemisme is het dysfemisme.

Zie ook