Golf
Een full swing
Algemene gegevens
Type teamsport/individueel
Olympisch 1900-1904, 2016-
Portaal  Portaalicoon   Sport
Golf

Golf (uitgesproken als [ɡɒlf]?) is een balspel waarbij een kleine, harde bal met een golfclub van de tee (afslagplaats) weggeslagen wordt in de richting van een met een vlag gemarkeerd punt (de hole). Het doel is om de bal in zo min mogelijk slagen in de hole te doen belanden. Golf wordt gespeeld op een golfbaan.

Een golfbal naast een hole
Demonstratie door golfer Jan Dorrestein en verslag van de Dutch Open in 1976 door het Polygoon-journaal
Sinterklaasviering 1685 met rechtsvoor kwalitatief hoogwaardige colfstok | Richard Brakenburg, Feest van Sint Nicolaas (Collectie Rijksmuseum Amsterdam)

Geschiedenis van de golfsport

Er zouden verschillende soorten sporten als voorloper van het huidige golfspel worden beschouwd. In oude geschriften van Egyptenaren, Perzen, Grieken en Romeinen zijn verwijzingen te vinden naar verschillende spelvormen die op het golf leken.[bron?] Sporten als hockey, polo en croquet zouden uit golf ontstaan kunnen zijn.[bron?]

Het staat in ieder geval vast, dat golf niet plotseling ontstaan of uitgevonden is. Golf heeft zich ontwikkeld volgens een geëvolueerd proces dat tot op de dag van vandaag voortduurt.

Tot in de loop van 2008 is aangenomen dat de oudste vermelding van colf een wedstrijd betrof die gespeeld werd op 26 december 1297 in Loenen aan de Vecht. Door middel van deze colfpartij zou de moord op Floris V, graaf van Holland en Zeeland zijn herdacht. De partij bestond uit twee teams van elk vier personen. In 2002 werd dit verhaal voor het eerst in twijfel getrokken door verschillende (sport)historici. Tot op heden is er onduidelijkheid over of deze partij ooit gespeeld is.[1]

Reeds in 1360 vaardigden de magistraten van de stad Brussel een ordonnantie uit die het spelen met "colven" verbood binnen de stadsmuren. Er werd te veel schade aangericht en soms vielen er gewonden. Meer steden volgden dat voorbeeld, golf moest buiten de stadsmuren worden gespeeld. Haarlem was de eerste stad waar toestemming werd gegeven om een bepaald terrein hiervoor te maaien.

De recentste geschiedenis van de golfsport vormt sinds jaar en dag een bron van tweestrijd tussen de Nederlanders en de Schotten; beide beweren namelijk de echte bakermat van het huidige golfspel te zijn. Maar er kan niet met zekerheid worden vastgesteld waar de sport is ontstaan.

In 1597 speelde de bemanning van Willem Barentsz tijdens de overwintering op Nova Zembla 'colf', zoals beschreven in het dagboek van Gerrit de Veer:

Den 3. April wast moy claer weder met een n.o. wint ende stil, doen maeckten wy een colf toe om daer mede te colven, om also onse leden wat radder te maecken, daer wy allerley middelen toe zochten.[2]

Omstreeks 1650 werd in Holland golf gespeeld met ‘Schotse klieken‘ (stokken), maar aan het begin van dezelfde eeuw werden grote hoeveelheden ballen van Hollands fabricaat naar Schotland geëxporteerd. Door deze feiten is het duidelijk dat er ruim drie-en-een-halve eeuw geleden in Nederland en Schotland golf werd gespeeld, in welke vorm dan ook.

De stok in het kolfspel werd kolf of kliek genoemd. Het oude Nederlandse gezegde “Hij heeft kliek en bal” betekent dat iemand alles heeft wat hij nodig heeft.[3]

Andere voorlopers van het golfspel zijn "malie", een soort minigolf waarbij een bal naar een doel geslagen werd bijvoorbeeld een stok of een steen, en het sjoele-spel waarbij twee partijen poogden een bal in de richting van hun kamp (of dorp) te slaan. Namen als de malieplaats en de Mall in Londen getuigen van de populariteit van het maliespel in de middeleeuwen.

De grote revolutie in het Schotse golfspel was het spelen met een kleine bal (in plaats van een grote houten bal bij de voorlopers). Hierdoor kan men veel verder slaan zodat een totaal nieuw type van spel ontstond. Dit werd mogelijk omdat de Schotten op linksen speelden. Dat zijn grote grasvlakten op zanderige grond achter de duinen, waarop kort gras groeide. Deze waardeloze gronden waren gemeentebezit. De herders hoedden er hun schapen en zo bleef het gras extra kort. De eerste golfspelers sneden er een gat uit en staken er een jampot in. Ze plaatsten er een meeuwenpluim bij om aan te duiden welk gat het doel was.

De golfbaan

De eerste golfbanen hadden een willekeurig aantal holes, maar thans hebben de meeste golfbanen 9 of 18 holes. Tegenwoordig worden speciaal 'championship courses' aangelegd. Ze willen op die baan grote toernooien aantrekken en houden met de aanleg dan ook rekening met ruimte voor toeschouwers, tentendorpen en parkeren.

De hole

Een hole bestaat voornamelijk uit een tee, de fairway en de green. Afhankelijk van de lengte moet de hole in 3, 4 of 5 slagen gespeeld worden. Het voorgeschreven aantal slagen wordt de par van de hole genoemd. Er zijn enkele golfbanen die ook een par 6 hebben, die zijn dan langer dan 631 meter. Op Golf & Country Club Regthuys werd in 2010 een par 6 van 704 meter aangelegd. Er worden tegenwoordig ook golfbanen aangelegd met negen holes die alle een par 3 hebben. Op golfclubs die ook een grote golfbaan hebben worden die kleine golfbanen meestal de oefenholes genoemd of de par-3 baan.

Tussen de fairway en de green is de voorgreen, die korter gemaaid wordt dan de fairway maar langer dan de green. Links en rechts van de fairway is de rough. Naast de fairway is nog een strook gemaaid gras (de semi-rough), daarbuiten is de rough, waar bosjes, bomen, heide e.d. voorkomen, een golfer komt liever niet in de rough, want zijn bal kan daar kwijtraken of moeilijk speelbaar liggen.

Elke hole heeft natuurlijke hindernissen om de hole moeilijker te maken. Er zijn meestal waterpartijen, iedere baan heeft een aantal bunkers, de hole kan een bocht maken, er kan hoogteverschil zijn.

Het spel

Golfer Greg Norman

Afhankelijk van de lengte van de hole wordt vastgesteld in hoeveel slagen de hole gespeeld zou moeten worden, de zogenaamde "PAR" (Professional Average Result). Er wordt aangenomen dat een speler twee putts nodig heeft, bij een par 4 hoort hij dus in twee slagen op de green te liggen, bij een par 5 mag hij er drie slagen over doen. Bij een par 3 hoort de afslag op de green te komen. Een goede speler kan een baan onder par spelen, oftewel in minder dan het aantal vooraf vastgestelde slagen.

Lengte van holes gemeten vanaf de herenbacktee, zoals vastgesteld in de EGA-regels:

De meeste 18-holesbanen hebben 4 par-3-holes, 4 par-5-holes en 10 par-4-holes, dan is de par van de baan 72.

Golfvaardigheidsbewijs (GVB)

Op de meeste golfbanen in Nederland moet een speler minimaal in het bezit zijn van het golfvaardigheidsbewijs.

Handicap
Zie Handicap (golf) voor het hoofdartikel over dit onderwerp.

Een 18-holesbaan heeft meestal een par van 70, 71 of 72. Als een speler gemiddeld 24 slagen meer nodig heeft dan de par van de baan, wordt zijn handicap gezet op 24. Als hij dan een rondje loopt en 28 slagen meer nodig had, dan heeft hij 4 slagen boven zijn handicap gespeeld. Als hij tegen een speler speelt die handicap 10 heeft, dan mag hij er 14 slagen meer over doen. Op de scorekaart staat vermeld op welke hole hij dan een slag krijgt van de andere speler. Op deze manier kan de speler met handicap 24 toch winnen van de speler met handicap 10.

Elke amateurspeler heeft een handicap. Hoe lager de handicap, hoe beter de speler. Professionals hebben scratch, een soort van handicap 0.

Slagen

Om een bal te slaan maakt de speler een golfswing. Afhankelijk van de golfclub waarmee hij slaat zal de bal een bepaalde afstand afleggen. Een speler mag veertien golfclubs (of golfstokken) bij zich hebben die ieder een eigen doel hebben. Sommige mensen spelen met een halve set. Gevorderde spelers hebben een driver bij zich om vanaf de tee zo ver mogelijk af te slaan.

Golfregels

De golfregels zijn vastgelegd in de Rules of Golf, goedgekeurd door de The Royal and Ancient Golf Club of St Andrews en de United States Golf Association.

Spelvarianten

Er zijn twee spelvormen, namelijk de strokeplay en de matchplay:

Bij matchplay hoeven niet noodzakelijk alle holes gespeeld te worden. Als men meer holes voorsprong telt dan er overblijvende holes zijn, staat de winnaar vast en wordt de wedstrijd afgesloten. Wanneer men met twee tegen twee speelt, kan dit nog op twee manieren. Ofwel heeft elke speler zijn eigen bal (fourball), waarbij enkel de beste score van beide op een hole meetelt, ofwel is er één bal voor beide spelers die er om beurten mee spelen (foursomes).

De meeste professionele toernooien gebruiken strokeplay, waarbij de scores van verschillende rondes worden samengeteld om de winnaar te kennen. Bij de grote toernooien wordt dit gedaan over een lang weekend, donderdag tot en met zondag. Hoewel de spelers in groepjes van twee of drie spelen is het dus in feite een individuele competitie: iedereen speelt om de laagste score te krijgen. Bij een vierdaags toernooi valt na de tweede ronde een aantal spelers af, meestal rond de 60%, zij hebben dan niet de cut gehaald. Zo blijven de beste spelers over in het weekend.

De score wordt bijgehouden ten opzichte van de par van de baan; de winnaar heeft de laagste score. Als meerdere spelers na de laatste ronde op de eerste plaats, dus een gelijk aantal slagen na vier dagen, staan moeten deze een play-off spelen; hiervoor zijn er verschillende systemen in gebruik. Meestal gaat het om degene die een hole wint, dus de laagste van de twee of meerdere deelnemers. Als na de hole nog iedereen een gelijke score heeft, volgt er nog een hole, net zo lang totdat er een winnaar uit de bus komt.

Techniek en training

Golf is een combinatie van bewegings- en denksport. Elk van de talloze plaatsen waar een bal kan liggen, vereist een juiste beoordeling en aanpak. De beoordeling van het terrein, de afstand en de richting, de invloed van de wind, de keuze van en de kracht van de slag; het zijn allemaal factoren van het 'geheim van het golfspel'. De tweehandige greep op de stok en de soepele slag, die eindigt in de typische uitzwaai, gelden verder als basiskarakteristieken van de techniek. De afslag moet zodanig worden uitgevoerd, dat de bal een zo groot mogelijke afstand aflegt. Dat scheelt wellicht een slag. Geroutineerde golfspelers zeggen: de linkerhand stuurt, de rechter slaat. Van grote invloed op de slag zijn natuurlijk ook de lichaamshouding en de plaatsing van de voeten. Het golfspel kan men op elke leeftijd leren. Hoe goed, dat hangt uiteraard af van de tijd die men eraan besteedt. Een ronde langs 18 holes duurt 3 tot 5 uur. De beginner moet eerst enige lessen nemen en veel trainen. Elke club heeft een eigen golfleraar – pro genoemd – die in het clubhuis dikwijls een 'proshop' drijft, een kleine winkel, waar men materiaal en kleding kan aanschaffen. In een sportzaak zijn deze dingen gewoonlijk niet verkrijgbaar.

Uitrusting

Een golfterrein

De voornaamste uitrusting voor het golfspel bestaat uit:

Vier ijzers en een putter

Golftermen

De volgende termen hoort men vaak bij de golfsport: Hole-in-oneCondor AlbatrosEagleBirdieParBogeyDouble BogeyCaddieHandicap

Zie ook Lijst van golfjargon voor een verklarende woordenlijst van veel golftermen.

Golftoerisme

Golftoerisme is een vorm van toerisme waar het golfen centraal staat. Deze markt is nog steeds groeiende vooral in landen in Europa.

Golf als olympische sport

Zie Golf op de Olympische Zomerspelen voor het hoofdartikel over dit onderwerp.

Golf heeft in het begin van de twintigste eeuw tweemaal op het programma gestaan van de Olympische Zomerspelen, eerst in 1900 en voor het laatst in 1904. Het Internationaal Olympisch Comité besloot in oktober 2009 de sport na meer dan een eeuw afwezigheid te laten terugkeren op het programma van de Olympische Zomerspelen in 2016 en 2020.[4]

Bekende golfers

Internationale golfers
Nederlandse golfers
Belgische golfers

Nederland had eind 2008 330.000 golfers en beschikt over 186 verenigingen met een eigen accommodatie. België had eind 2017 65.000 golfers en 88 golfbanen.

Grote golftoernooien

Dames Baan Heren Baan
Vier Majors (chronologisch)
Kraft Nabisco Championship Vlag van Verenigde Staten Verenigde Staten The Masters Vlag van Verenigde Staten Verenigde Staten
US Women's Open Vlag van Verenigde Staten Verenigde Staten US Open Vlag van Verenigde Staten Verenigde Staten
Women's British Open Vlag van Verenigd Koninkrijk Verenigd Koninkrijk The Open Championship Vlag van Verenigd Koninkrijk Verenigd Koninkrijk
LPGA Championship Vlag van Verenigde Staten Verenigde Staten PGA Championship Vlag van Verenigde Staten Verenigde Staten
Verenigde Staten versus Europa
Solheim Cup wisselend Ryder Cup wisselend
Matchplay
Wereldkampioenschap Matchplay sinds 2009 in Spanje
In Nederland
Ladies Dutch Open wisselend Dutch Open wisselend

Gezondheidseffecten

Golfers leven gemiddeld langer dan niet-golfers, zelfs na correctie voor sociaal-economische factoren; hoe lager de handicap, hoe beter de levensverwachting. Het is evenwel niet duidelijk of en in hoeverre het voordeel aan de activiteit van het golfen zelf of aan andere factoren te danken is.[5]

Lichte lichaamsbeweging heeft bewezen gunstige gezondheidseffecten. Bij een partijtje van 18 holes wandelt een golfer typisch 11 000 tot 17 000 stappen, wat overeenkomt met een verbranding van 1200 kilocalorieën. Bij het gebruik van een karretje worden dat 6 000 stappen en 600 kilocalorieën.[5]

Relatief veel golfers krijgen tijdens het spelen een beroerte, maar dit is voornamelijk te wijten aan hun hoge gemiddelde leeftijd. De bruuske beweging van de nek tijdens het afslaan verhoogt wel het risico. Daarnaast veroorzaakt langdurige onbeschermde blootstelling aan direct zonlicht huidkanker.[5]

Golf in Nederland

Nederland telt 281 golfclubs,[6] waarvan de meeste op een golfbaan gelokaliseerd zijn. De Koninklijke Nederlandse Golf Federatie bestaat sinds 1914, maar amateurkampioenschappen zijn er al vanaf 1898. In 2015 had de Federatie 382 236 leden in 278 aangesloten verenigingen. De PGA Holland behartigt de belangen van beroepsgolfers en -trainers.

Golf in België

België telt 89 golfclubs (waarvan 52 in Vlaanderen), verhoudingsgewijs een stuk lager dan in de buurlanden.[7] Een van de oudste clubs is de Koninklijke Golf Club van België, opgericht onder de naam Golf Federatie in 1906.

De overheidsbevoegdheid voor sport ligt in België bij de gemeenschappen.[8] De Koninklijke Belgische Golf Federatie, opgericht in 1912, behartigt de belangen van amateurspelers over het hele grondgebied. Golf Vlaanderen is een federatie voor Vlaamse golfclubs, en AFGolf een voor Waalse clubs. Een lidkaart is dus KBGF-GV of KBGF-AFGolf, met een keuzemogelijkheid voor Brusselse clubs.[9]

Literatuur

Zie de categorie Golf van Wikimedia Commons voor mediabestanden over dit onderwerp.