Haags | ||||
---|---|---|---|---|
Gesproken in | Den Haag | |||
Taalfamilie | ||||
Varianten |
plat-Haags, hoog-Haags
| |||
Alfabet | Latijns | |||
|
Haags | ||||
---|---|---|---|---|
Nederlands dialect | ||||
|
Het Haags is het stadsdialect dat in Den Haag ('s-Gravenhage) en omstreken wordt gesproken.[1] Het dialect behoort tot het Zuid-Hollands.
Het Haagse dialect kent twee subvarianten: plat-Haags en hoog-Haags. Zoals de namen van deze subvarianten al aangeven, worden ze gesproken door twee verschillende sociale klassen.[2] Scheveningen kent zijn eigen dialect: het Schevenings.
De twee sociale klassen die Haags spreken, worden Hagenees (plat) en Hagenaar (bekakt) genoemd. Echter wordt dit niet door iedereen gesproken, veelal in de buitenwijken. In het centrum en de binnenstad verdwijnt het dialect langzaam.[3]
Typisch Haagse woorden zijn o.a.:[4]
De uitspraak van het Haags en ook de Haagse woordenschat zijn opgenomen in het Groen-Geile Boekje, een rond 1998 verschenen parodie op het Groene Boekje waarin de woordenschat van het ABN wordt verklaard, verwijzend naar de groen-gele vlag van Den Haag.
Bronnen, noten en/of referenties
|