Een postkaart van het verdwenen dorp Wilmarsdonk
De overgebleven kerktoren van Wilmarsdonk

In wat nu bekend is als Vlaanderen zijn er doorheen de tijd (polder)dorpen verdwenen of verplaatst door stormvloeden, langdurige overstromingen, totale verwoesting of door havenuitbreidingen.

Verdwenen dorpen door afbraak

Er zijn polderdorpen verdwenen door de uitbreiding van de Antwerpse haven zoals Oosterweel, Oorderen, Lillo en Wilmarsdonk.

Verdwenen dorpen door overstromingen

Een kaart van het verdwenen eiland Testerep

Testerep was een eiland dat tot de middeleeuwen voor de Vlaamse kust lag. Hierop stonden de dorpen Westende, Middelkerke en Oostende. Door de Sint-Clemensvloed in 1334 en later door de Sint-Vincentiusvloed in 1394 verdween het oude Oostende onder het water. Hierdoor vluchtte duizenden stedelingen noodgedwongen hun stad en zouden zij 500 meter landinwaarts een nieuwe stad stichtten: het nieuwe Oostende. In de vijftiende en zestiende eeuw zouden de verwoestende vloedgolven van een nieuwe reeks van stormvloeden de noordelijke helft van Testerep uiteindelijk in de Noordzee doen verdwijnen.[4] De dorpen Westende en Middelkerke konden blijven bestaan, al verloren ook zij grote delen land. Zo waren er nog tot de jaren 70 veenwinningskuilen zichtbaar op het strand.[5] Een belangrijk gehucht van Oud Oostende was Walraversijde, een vissersdorp. Maar doordat de inwoners al zeer snel te maken kregen met overstromingen, bouwden men al rond de 14e eeuw een nieuw Walraversijde, dat snel uitgroeide naar een welstellend dorp van ongeveer zo’n 100 huizen. Ook was er een molen, een brouwerij en een tussen 1420 en 1430 gebouwde kerk. Vandaag liggen er nog restanten van Walraversijde in Provinciedomein Raversijde, waar een museum volledig in het teken staat van het verdwenen dorp.[6] Ook was er een dorp of gehucht rondom Testerep, het vissersdorp Nieuwe Yde. Dit dorp lag gelegen ter hoogte van Oostduinkerke.

Nattenhaasdonk lag bij de plaats Hingene te Bornem. Ook dit dorp kent een lange geschiedenis, startende van de vierde eeuw. Door verschillende overstromingen doorheen de eeuwen verlieten heel wat inwoners het dorp. Uiteindelijk in 1825 na de zoveelste overstroming besloot de laatste groep van inwoners hun dorp te verlaten.[7]

Verdwenen dorpen door opheffing of vernietiging

Er zijn enkele dorpen die door hun bestuurlijke opheffing ophielden te bestaan. Hierdoor werden zij vaak opgenomen in een groter dorp of stad of stopte de bewoning op lange termijn, ook werden sommige dorpen zo zwaar vernield dat men een nieuw dorp ging bouwen. Zo is er Sint-Margriete, een dorp dat verdween tijdens de overstromingen van 1376, enkel het kerkhof bleef wellicht nog in gebruik tot in de 16de eeuw. Sint-Katharinakapelle was een volwaardig dorp dat verdween doordat het bijgevoegd werd bij Pervijze.[8]

De dorpen Sint-Rijkers, 's Heerwillemskapelle, Zoutenaaie waren zelfstandige dorpen met een eigen parochie en kerk. Door de Franse Revolutie werd ze zo sterk beschadigd dat de dorpen of hun centrum werden afgebroken. Het dorp Stuivekenskerke werd noodgedwongen na de volledige vernieling tijdens de Eerste Wereldoorlog volledig heropgebouwd. De burgemeester besliste toen dat een nieuwe kerk in de nabijheid van zijn landgoed, Vicogne, zou worden gebouwd. Daarmee verplaatste de dorpskern zich enkele kilometers in noordelijke richting. De kerk, de kasteelhoeve Vicogne, de pastorie en de gemeenteschool werden heropgebouwd. Vandaag bestaat er nog wel het gehucht Oud-Stuivekenskerke, de voormalige kern van het oude dorp. Ook de dorpen Kaaskerke en Oostkerke werden verplaatst.