De wapenstilstand van 22 juni 1940 is een verdrag dat afgesloten werd door de militaire vertegenwoordigers van het Derde Rijk enerzijds en de Franse regering anderzijds om een einde te stellen aan de oorlogshandelingen tussen Duitsland en Frankrijk ontstaan na de oorlogsverklaring van Frankrijk aan Duitsland op 3 september 1939 die volgde op de Duitse inval van Polen. De eenzijdige beslissing van de Franse regering om een wapenstilstand, de facto een capitulatie, te vragen aan Duitsland betekende meteen het einde van het Brits-Franse verbond om gezamenlijk tegen Duitsland te strijden. Hoewel al op 22 juni een akkoord werd getekend volgde het staakt-het-vuren pas op 25 juni 1940 om 00u35, zes uur nadat ook tussen Frankrijk en Italië een wapenstilstand getekend werd.

De locatie

Adolf Hitler eist, als revanche, dat de besprekingen en de ondertekening van de wapenstilstand gehouden worden op exact dezelfde locatie in het Bos van Compiègne als deze van 11 november 1918 die een einde maakte aan de Eerste Wereldoorlog. Van de open plek in het bos nabij Rethondes waar de ondertekening in 1918 gebeurde hebben de Fransen ondertussen een herdenkingsplaats gemaakt waarbij het destijds gebruikte rijtuig tentoongesteld werd in een speciaal hiervoor ontworpen gebouw. De Organisation Todt wordt ingezet om de wagon uit het gebouw te breken en de nodige sporen aan te leggen om de wagon weer precies op dezelfde plaats te zetten. Na afloop van de onderhandelingen werd het rijtuig naar Berlijn gebracht en de herdenkingsplek zoals aangelegd door de Fransen volledig vernield, met uitzondering van het standbeeld van maarschalk Foch.

De delegaties

Ribbentrop, Keitel, Göring, Hess, Hitler, Raeder en Brauchitsch, bij het Wapenstilstandsrijtuig op 21 juni.

Op 21 juni 1940, bij de openingsceremonie van de onderhandelingen is Hitler aanwezig in het gezelschap van verschillende nazidignitarissen; Rudolf Hess, Hermann Göring, Joachim von Ribbentrop en als militairen Erich Raeder, Walther von Brauchitsch en als leider van de onderhandelingen Wilhelm Keitel. Na de preambule voorgelezen door Keitel in naam van de Führer en het overhandigen van de voorwaarden verlaten alle Duitsers op Keitel en zijn tolk Schmidt na de onderhandelingen. Generaal Jodl en enkele officieren vervoegen zich op dat ogenblik bij Keitel bij het begin van de eigenlijke besprekingen. Aan Franse zijde wordt de delegatie geleid door generaal Huntziger, bijgestaan door luchtmachtgeneraal Bergeret, viceadmiraal Le Luc en ambassadeur Léon Noël.

De onderhandelingen

Voor zijn vertrek naar Rethondes wordt generaal Huntzinger ontvangen door maarschalk Philippe Pétain die, sinds 17 juni, Paul Reynaud heeft vervangen als regeringsleider en zijn nieuwe minister van Defensie Weygand en van Buitenlandse Zaken Paul Baudouin. Tijdens dit onderhoud geeft Pétain als instructies mee dat de onderhandelingen onmiddellijk dienen afgebroken indien Duitsland volgende eisen zou stellen:

Parallel aan deze richtlijnen stelt het ministerie van Buitenlandse Zaken een bijkomende nota die bovenop de voorwaarden gesteld door Pétain, enerzijds ook de overdracht van de luchtmacht uitsluit en anderzijds het behoud van de Franse instellingen en de integriteit van het territorium eist, waarbij gepreciseerd wordt dat dit specifiek Elzas-Lotharingen en Corsica betreft.

Nadat Huntzinger kennisgenomen heeft van de Duitse eisen voor een wapenstilstand meldt hij deze op 21 juni om 20 uur, integraal de tekst dicterend per telefoon (waarbij de Duitse delegatie meeluistert) aan Weygand, die ze onmiddellijk voorlegt aan de ministerraad die verzameld is te Bordeaux.

De Franse delegatie vindt de Duitse voorwaarden, hoewel hard, toch aanvaardbaar want niet in strijd met de door Pétain gestelde eisen; de vloot wordt niet opgeëist maar slechts ontwapend, de kolonies maken geen deel uit van de gestelde voorwaarden en het Frans grondgebied wordt slechts bezet ten noorden en westen van de Demarcatielijn. Tijdens de besprekingen op 22 juni, die de hele dag in beslag nemen en meermaals onderbroken worden voor telefonisch overleg tussen Huntzinger en Weygand, slagen de Fransen er in artikels 5 (betreffende de levering van vliegtuigen) en 17 (overdracht van voorraden) te amenderen. Duitsland weigert elke andere toegeving, ondanks Frans protest rond artikel 19 (betreffende het asielrecht) en de concessies aan Italië (dat Frankrijk immers niet had verslagen). Als gevolg van dit ultimatum van generaal Keitel, krijgt Huntzinger vanuit Bordeaux het bevel de wapenstilstand te ondertekenen.

Na twee dagen van onderhandelingen wordt het akkoord op 22 juni om 18u36 getekend door Keitel en Huntzinger. De wapenstilstand zelf zal echter pas ingaan op 25 juni om 00u35, zes uur nadat ook tussen Frankrijk en Italië een wapenstilstand is overeengekomen in Rome.

De voorwaarden

Frankrijk opgedeeld in verschillende zones: vrije zone, bezette zone, Elzas-Lotharingen geannexeerd door Duitsland en Noord-Frankrijk onder Duits militair bestuur vanuit België.

Het verdrag is een tekst van 24 artikelen, waarvan hier de belangrijkste gevolgen zijn weergegeven.

De uitvoering en opvolging

Voor de uitvoering en de naleving van het verdrag werd door de Duitse militaire overheid een Duitse Wapenstilstandscommissie opgericht. Deze was gevestigd in Wiesbaden en stond onder controle van het Duitse oppercommando. De Franse regering was, zoals door het verdrag bepaald, bij deze commissie vertegenwoordigd door een delegatie onder leiding van generaal Huntziger.

De gevolgen

Tekst van het verdrag

Werken van of over dit onderwerp zijn te vinden op de pagina Wapenstilstandsverdrag van 22 juni 1940 op Wikisource.