Zandraket
Zandraket
Taxonomische indeling
Rijk:Plantae (Planten)
Stam:Embryophyta (Landplanten)
Klasse:Spermatopsida (Zaadplanten)
Clade:Bedektzadigen
Clade:'nieuwe' Tweezaadlobbigen
Clade:Malviden
Orde:Brassicales
Familie:Brassicaceae (Kruisbloemenfamilie)
Geslacht:Arabidopsis
Soort
Arabidopsis thaliana
(L.) Heynh. (1842)
Bladrozet
Bladoppervlak met sterhaar
Afbeeldingen op Wikimedia Commons Wikimedia Commons
Zandraket op Wikispecies Wikispecies
Portaal  Portaalicoon   Biologie

Zandraket (Arabidopsis thaliana) is een eenjarige plant uit de kruisbloemenfamilie (Brassicaceae). Het aantal chromosomen in een diploide cel is 10 (2n = 10). De soort wordt veel gebruikt voor genetisch onderzoek.

Beschrijving

Bladeren

De meeste bladeren staan onderin, in een wortelrozet. De bladeren variëren van eirond tot lancetvormig en hebben geen slippen. Ze bezitten haren die met behulp van een loep kunnen worden onderscheiden. Naast enkelvoudige en gegaffelde haren, bezitten de bladeren ook sterharen. De plant overwintert met de rozet.

Bloemdiagram van zandraket. sepal=kelkblad, petal=bloemblad, stamen=meeldraad, carpel=vruchtblad, stigma=stempel, LN en MN=nectariën

Bloei en voortplanting

Zandraket plant zich vooral voort door middel van zelfbestuiving. De plant bloeit in april en mei. De vier witte kroonbladen zijn niet groter dan 0,5 cm.

De kleine hauwen (een type voor de kruisbloemenfamilie kenmerkende doosvrucht) zijn smal lijnvormig. De plant zet zaad voordat het zomer is. De zaden kiemen in het najaar.

Cantil

Pas in 2021 is een nieuw orgaan ontdekt, cantil genaamd naar de cantilever, dat er voor zorgt dat het zijsteeltje dat extra bloemen en de vruchten draagt, niet recht uit de plantenstengel omhoog groeit, maar een zijwaartse knik maakt. Dit orgaan is niet altijd en in iedere plant aanwezig. De groei ervan doet zich voor wanneer de dagen korter worden. Om die reden is het orgaan nooit opgevallen in de laboratoria omdat het daar veelal gedurende 16 uur licht is.[1][2]

Ecologische betekenis

De plant komt overal in de Benelux op open binnenlandse zandgronden voor. Daar hoort de soort tot de pioniersplanten die verdwijnen zodra de vegetatie zich gaat sluiten.

Toepassingen

Zandraket wordt gebruikt in genetisch onderzoek als een modelorganisme omwille van:

ELO (elongata; smalle, lange blaadjes met lange bladstelen, 1/1/99, Micol), ELP (ectopic lignin in pith, 1/8/98, Ye), DRL (deformed roots and leaves, 1/9/93, Dean)

Het Deense biotechnologiebedrijf Aresa heeft zandraket genetisch gemodificeerd zodat ze geschikt zijn om landmijnen mee op te sporen. Wanneer er uit de bodem stikstofoxiden ontsnappen kleuren de bladeren van groen naar rood. Uit veel mijnen lekt deze stof. In 2005 werd in samenwerking met het Deense leger op een proefveld het concept uitgetest met drie verschillende types landmijnen. Hieruit bleek dat de planten daadwerkelijk verkleurden als ze zich in de nabijheid van een landmijn bevonden. In 2006 zijn in samenwerking met een Kroatische organisatie nieuwe velden bij het onderzoek betrokken. Op deze velden worden meerdere typen landmijnen getest en onderzoek verricht naar klimatologische effecten.

Mediabestanden die bij dit onderwerp horen, zijn te vinden op de pagina Arabidopsis thaliana op Wikimedia Commons.