Leroy Anderson
Plaats uw zelfgemaakte foto hier
Algemene informatie
Volledige naam Leroy Anderson
Geboren 29 juni 1908
Geboorteplaats CambridgeBewerken op Wikidata
Overleden 18 mei 1975
Overlijdensplaats WoodburyBewerken op Wikidata
Land Vlag van Verenigde Staten Verenigde Staten
Werk
Jaren actief 1936-1975
Genre(s) klassiek
Beroep componist, dirigent
Instrument(en) piano, orgel
Officiële website
(en) AllMusic-profiel
(en) Discogs-profiel
(en) IMDb-profiel
(en) MusicBrainz-profiel
Portaal  Portaalicoon   Muziek

Leroy Anderson (Cambridge (Massachusetts), 29 juni 1908Woodbury (Connecticut) 18 mei 1975) was een Amerikaans componist en dirigent.[1] Alhoewel hij een klassieke opleiding volgde, werd hij - volgens John Williams - een meester in de lichte muziek. Zijn bekendste werk is The Typewriter, een compositie voor orkest waarin hij het getik en het belletje van de typemachine verwerkte.

Biografie

Leroy (met de klemtoon op de laatste lettergreep) werd geboren in een familie van Zweedse komaf. Zijn moeder, organiste, vormde de basis van zijn muzikale carrière door hem pianolessen te geven. Hij ging later piano studeren aan het New England Conservatory of Music in Boston. In 1925 ging Anderson uiteindelijk studeren aan Harvard en kreeg daar lessen van Walter Spalding in muziektheorie. Hij studeerde contrapunt bij Edward Ballantine, harmonie bij George Enescu, compositie bij Walter Piston, orgel bij Henry Gideon en contrabas bij Gaston Dufresne van het Boston Symphony Orchestra.[2] In 1929 werd hij Bachelor en in 1930 studeerde hij af als Master of Arts.

Behalve in muziek had Anderson interesse in taal. Hij ging verder studeren: Germaanse en Scandinavische talen: Zweeds, Deens, Noors, IJslands en Oudnoords. Hij bleek een talenknobbel te hebben want later bleek Anderson vloeiend Engels, Noors, IJslands, Frans, Italiaans en Portugees te spreken.[2] Gedurende zijn verblijf aan de universiteit begon daar zijn loopbaan buiten schooltijd. Hij was organist en koorleider in twee kerken (Cambridge en East Milton, Massachusetts), dirigent van de Harvard University Band en leraar muziek op Radcliffe College. Hij dirigeerde en arrangeerde ook voor andere orkesten / ensembles in de omgeving van met name Boston. Zijn talent op laatstgenoemd gebied kwam onder de aandacht van Arthur Fiedler, die hem om composities vroeg. Dat werd Jazz Pizzicato (1938). Dat was niet voldoende en Anderson schreef daarom Jazz Legato (1939) als aanvulling.[3]

In 1942 ging Anderson in het Amerikaanse leger en werd hij gestationeerd op IJsland als vertaler en tolk. Later kwam hij terecht in het Pentagon (1945) als leider van de Inlichtingendienst afdeling Scandinavië. Ondertussen ging hij door met componeren met als tijdelijk hoogtepunt The Syncopated Clock. Hij werd nog opgeroepen voor de Koreaanse Oorlog. Hij was namelijk reserveofficier. In 1951 kwam de compositie Blue Tango van hem in de hitlijsten. Het werk bracht het tot nummer 1 in de Billboard-lijst.

Zijn composities spraken vele mensen aan. Na Blue Tango volgden evergreens als Sleigh Ride. Ook heden ten dage herkennen veel mensen direct zijn werk. Zijn composities dienden als herkenningstune van diverse radioprogramma's.

Anderson, een perfectionist, probeerde een klassiek pianoconcert te publiceren (1953) maar bleef er ontevreden over en trok het weer terug. Toen het in 1988 werd herontdekt, werd het wel gepubliceerd en belandde het op de lessenaar van het Cincinnati Pops Orchestra onder leiding van Erich Kunzel. Opnamen volgden, ook later nog.

Een misstap in de carrière van Anderson vormt het genre musical. Hij componeerde slechts één musical, Goldilocks (1958), hetgeen een organisatorische ramp werd. Hij schreef daarna geen musicals meer. Daarna volgden het eerder genoemde The Typewriter, Bugler’s Holiday (een werk voor bugels en kornetten, een bugel is een klaroen of signaalhoorn, waarop alleen natuurtonen geblazen kunnen worden) en A Trumpeter's Lullaby, destijds klassiekers binnen het genre en nog regelmatig uitgevoerd door beroeps- en amateurorkesten.

Anderson stond tot zijn dood geregeld voor het Boston Pops Orchestra waarmee hij concerteerde en elpees opnam. Sommige albums uit het eind van de jaren 50 begin jaren 60 waren dermate populair dat er compact discs van volgden.

Anderson heeft een ster aan de Hollywood Walk of Fame en werd postuum opgenomen in de Songwriters Hall of Fame, in 1988. Zijn muziek heeft in het repertoire van populair-klassieke orkesten een vaste plaats veroverd.

De originele werken van Anderson zijn in de laatste jaren opnieuw uitgegeven op compact discs. Erich Kunzel en andere dirigenten hebben ook nieuwe opnamen gemaakt. In 2008 hebben Leonard Slatkin en het BBC Concert Orchestra het volledige werk van Anderson op Naxos Records opgenomen.

Oeuvre

Discografie

Opnamen van de componist (Noord-Amerikaanse)[4]

Eerbewijzen en prijzen

Bibliografie

Engels
Boeken
Tijdschrift
Zweedse
Duits

Noten

  1. Walter Raymond Spalding: Music at Harvard, A Historical Review of Men and Events. Coward-McCann, Inc. 1935 p 248
  2. a b (nl) Officiële Biografie van Leroy Anderson. Gearchiveerd op 26 augustus 2023.
  3. Composer Leroy Anderson: Cambridge Born and Bred; Jane Anderson Vercelli, Cambridge Historical Society, 2008
  4. Leroy Anderson: A Bio-Bibliography; Burgess Speed, Eleanor Anderson, Steve Metcalf. Discography - Recordings by the Composer, Praeger, Westport CT USA; 2004, pp 84-94
  5. "Syncopated Clock, Indeed"; Janet Frank, The American Scholar, Summer 2008, Phi Beta Kappa Society
  6. Spalding, Walter Raymond: Music at Harvard, New York: Coward-McCann, 1935
  7. https://projects.latimes.com/hollywood/star-walk/leroy-anderson/. Gearchiveerd op 18 januari 2022.
  8. https://web.archive.org/web/20150219064338/http://www.songwritershalloffame.org/exhibits/C203
  9. https://web.archive.org/web/20060222091457/http://www.parabrisas.com/d_andersonl.php
  10. https://web.archive.org/web/20060328233946/http://www.news.harvard.edu/gazette/2003/07.17/12-anderson.html