Vetzuren zijn organische carbonzuren met een keten van ten minste twee koolstofatomen en een carboxylgroep (COOH). Het kleinste vetzuur is propionzuur. Vetzuren zitten in vetten en in de fosfolipiden in celmembranen. Vet is een verbinding van glycerol en drie vetzuren.

Enkele bekende vetzuren zijn palmitinezuur, stearinezuur, oliezuur, linolzuur en arachidonzuur.

Onderverdeling vetzuren

Vetzuren en cholesterol

Palmitinezuur, myristinezuur en laurinezuur verhogen het cholesterolgehalte, maar verlagen de cholesterol/HDL-cholesterolratio. Deze ratio is een sterkere indicatie voor het risico op hart- en vaatzieken dan alleen het totaal cholesterolgehalte. Deze vetzuren zitten in harde margarines en vet vlees. Stearinezuur en de korteketenvetzuren doen dit niet. Myristinezuur verhoogt tevens het biologisch actieve eicosapentaeenzuur (EPA) in weefsels.

Voedingswaardedeclaratie

Op voedingswaardedeclaraties wordt vaak een onderverdeling in verzadigde, enkelvoudig onverzadigde en meervoudig onverzadigde vetzuren vermeld. Transvetzuren worden, zoals gemeld, zelden vermeld.

Bij de volledige verbranding van vetzuren komt ongeveer 38 kJ (9 kcal) per gram vrij. Dat is ruim tweemaal zoveel als bij de verbranding van koolhydraten of proteïne. Overigens kunnen deze theoretische waarden verschillen van de hoeveelheid calorieën die netto worden gegenereerd bij metabolisme. Elke omzetting genereert namelijk ook warmte die aan de omgeving wordt afgestaan. Dit wordt het thermic effect of food genoemd (TEF). Een theoretische voeding van 2000 kcal verdeeld over 55 energieprocent koolhydraten, 30 energieprocent vetten en 15 energieprocent eiwit levert in de praktijk waarschijnlijk ongeveer 1850 kcal. Fine en Feinman (2004) toonden aan, dat wanneer de calorieën van koolhydraten in een dagmenu van 2000 kcal in gelijke mate worden herverdeeld over eiwitten en vetten, de effectieve energie van de oorspronkelijke 2000 kcal daalt. Een voeding met 8 energieprocent koolhydraten levert dan netto nog 1710 kcal van de oorspronkelijke 2000 kcal.

Vetzuren en gezondheid

Het onderzoek naar vetzuren heeft een lange geschiedenis, waarbij vooral verzadigd vet als ongezond werd aangemerkt. In 2012 concludeerden Muskiet et al. evenwel dat er 'geen bewijs voor de vermeende ongunstige effecten van het vetgehalte' in onze voeding, inclusief melk en zuivel. De onderzoekers laken '[d]e huidige overdreven aandacht' voor het vet in de voeding, die ten koste gaat van belangrijkere zaken: 'Meer aandacht is op zijn plaats voor de onvoldoende consumptie van vis, groente en fruit, en ons gebrek aan beweging.'[1]

Toepassing van vetzuren

Zuivere vetzuren worden geproduceerd in de oleochemie. Zuivere vetzuren worden gebruikt in kaarsen, maar vooral als grondstof voor cosmetica ingrediënten, verven, drukinkten, biologisch afbreekbare smeermiddelen en schoonmaakmiddelen.

Daarnaast is zeep het metaalzout van een vetzuur, meestal een natrium- of kaliumzout. Zepen ontstaan door verzeping van vetten met bijvoorbeeld natronloog of door verzeping van vetzuren.

Veelvoorkomende vetzuren

Zie Lijst van vetzuren voor het hoofdartikel over dit onderwerp.

Hieronder staat een aantal veelvoorkomende vetzuren vermeld. Tevens staan vermeld de lengte van het molecuul (aantal koolstofatomen), het type (cis of trans) en de locatie van de dubbele bindingen, alsmede enkele voedingsmiddelen waarin het vetzuur vaak voorkomt.Bij de locatie van de dubbele binding wordt er geteld vanaf de carboxylgroep, dat koolstofatoom heeft nummer 1. Een 9 (of delta-9) houdt in dat de binding tussen de koolstofatomen 9 en 10 een dubbele binding is. Voorts wordt ook de omeganotatie aangegeven. Daarbij wordt juist van de andere kant geteld tot aan de eerste dubbele binding. Omega 3 houdt in dat de derde binding een dubbele is en de eerste en tweede een enkele.

Vetzuur Aantal C Vetzuur-
codering
Dubbele bindingen (plus: omeganotatie) Komt onder andere voor in
Azijnzuur 2 2:0 Kort verzadigd vetzuur (Schoonmaak)azijn
Boterzuur 4 4:0 Kort verzadigd vetzuur Roomboter en koemelk
Capronzuur 6 6:0 Kort verzadigd vetzuur Geitenmelk
Caprylzuur 8 8:0 Verzadigd vetzuur
Caprinezuur 10 10:0 Verzadigd vetzuur Palmolie, kokosolie, vet van geitenmelk.
Laurinezuur 12 12:0 Verzadigd vetzuur Kokosolie en palmpitolie
Myristinezuur 14 14:0 Verzadigd vetzuur ossenwit en margarine
Palmitinezuur 16 16:0 Verzadigd vetzuur Palmolie, kokosolie, verder ook in alle dierlijke vetten en oliën
Palmitoleïnezuur 16 16:1 Cis-9 (ω-7)
Stearinezuur 18 18:0 Verzadigd vetzuur Raapolie, sojaolie, zonnebloemolie, maisolie
Oliezuur 18 18:1,c9 Cis-9 (ω-9) Zeer veel in olijfolie, verder ook in alle dierlijke en plantaardige vetten en oliën
Elaïdinezuur 18 18:1,t9 Trans-9 Gedeeltelijk geharde vetzuren
Vacceenzuur 18 18:1,c11 Cis-11 Duindoorn
Vacceenzuur 18 18:1,t11 Trans-11 Herkauwers
Rumenzuur 18 18:2,c9t11 Vet en melk van herkauwers
Linolzuur 18 18:2,c9c12 Cis-9,12 (ω-6,9) Saffloerolie, zonnebloemolie, maisolie, sojaolie, arachideolie
Alfalinoleenzuur (ALA) 18 18:3 Cis-9,12,15 (ω-3,6,9) Lijnzaadolie, walnootolie, canolaolie, perillazaadolie, hennepzaadolie
Eicosapentaeenzuur (EPA) 20 20:5 Cis-5,8,11,14,17 (Omega-3) Visolie
Docosahexaeenzuur (DHA) 22 22:6 Cis-4,7,10,13,16,19 (Omega-3) Visolie

Bronnen

Zie de categorie Fatty acids van Wikimedia Commons voor mediabestanden over dit onderwerp.