Optekeningen over de riten | ||||||
---|---|---|---|---|---|---|
Naam (taalvarianten) | ||||||
Vereenvoudigd | 礼记 (小戴礼记) | |||||
Traditioneel | 禮記 (小戴禮記) | |||||
Pinyin | Lǐjì (Xiǎo Dài Lǐjì) | |||||
Wade-Giles | Li-chi (Hsiao-Tai Li-chi) | |||||
|
De Optekeningen over de riten (Liji) is een klassieke Chinese verzameling rituele en ceremoniële voorschriften. Het werk wordt gerekend tot de Confucianistische Klassieken en vormt samen met de Regels en riten en de Riten van Zhou een onderdeel van de Drie Riten, het rituele onderdeel van de Vijf Klassieken. In tegenstelling tot de beide andere werken is de inhoud van de Liji zeer divers, zowel naar inhoud als naar stijl. Het werk bevat, naast beschrijvingen van rituelen en filosofische verhandelingen, ook anekdotes over Confucius en zijn leerlingen.
Er bestaat volgens de tradities ook nog een verzameling van niet in de Liji opgenomen teksten, de fragmentarisch overgeleverde Optekeningen over de riten door Dai de Oudere (Da Dai Liji, 大戴禮記). Dit werk vormt echter geen onderdeel van de Confucianistische klassieken. Ter onderscheid met de Da Dai Liji wordt de huidige Liji ook wel Xiao Dai Liji, Optekeningen over de riten door Dai de Jongere genoemd.
Pas tijdens de zesde eeuw (na Chr.) ontstond binnen de confucianistische traditie een consensus over het ontstaan van de Liji. Aan het begin van de Han-dynastie zou door koning Xian van Hejian (155-129 v.Chr., ook bekend als Liu De (劉德), jongere broer van keizer Wudi) een werk in 131 hoofdstukken zijn overgedragen aan de keizerlijke bibliotheek. Dit (bamboe)manuscript werd daar door de hofbibliothecaris Liu Xiang opnieuw ontdekt en vervolgens door Dai De (戴德, 1e eeuw v.Chr.) bewerkt tot een 85 hoofdstukken tellend werk, de Da Dai Liji. Dit werd door zijn neef Dai Sheng (戴聖, 1e eeuw v.Chr.) verder ingekort tot de 46 hoofdstukken tellende Xiao Dai Liji. Toen Ma Rong (馬融, 79-166) hieraan later drie hoofdstukken toevoegde (waaronder de Yueji, 樂記 Optekeningen over de muziek) verkreeg de Liji het huidige aantal van 49 hoofdstukken. Het werk kreeg ten slotte zijn huidige vorm toen het door Zheng Xuan (鄭玄, 127-200) van een commentaar werd voorzien.
Uit oudere bronnen blijkt echter niets van de vondst van een 131 hoofdstukken tellend document. Mogelijk is dit een latere poging om de oorsprong van de Liji te verbinden met de vondst van andere teksten die waren geschreven in karakters uit de tijd van vóór de standaardisatie van het schrift door de Qin (de guwen, 'oude tekst' versies). De oudste mededeling dat Dai De de (Da Dai) Liji en zijn neef Dai Sheng de (Xiao Dai) Liji hebben samengesteld stamde van Zheng Xuan. Hoewel hij geldt als een betrouwbaar commentator van rituele handboeken, bleven er over dit bericht twijfels bestaan. Tijdens de 'Discussies in de Hal van de Witte Tijger' die in 79 na Chr. werden gehouden om de juiste versies van de Vijf Klassieken te bepalen, werden weliswaar hoofdstukken uit de Liji (en de Da Dai Liji) genoemd, maar werd niet vermeld dat ze afkomstig waren uit een bepaalde verzameling. Hoewel sommige van de hoofdstukken reeds zijn ontstaan in de tijd van de Strijdende Staten stamt de huidige samenstelling van de Liji pas uit de late Han-tijd. Volgens de Houhanshu, de officiële dynastieke geschiedenis van die periode had Cao Bao (曹褒, d. 102 na Chr.) een Liji overgeleverd die bestond uit 49 hoofdstukken.
De inhoud is zeer divers van aard:
Sommige onderdelen lijken afkomstig te zijn uit andere klassieke Chinese werken. Zo komen delen van de hoofdstukken Sannianwen (三年問, 'Vragen over de rouwperiode van drie jaar') en Yueji ('Optekeningen over muziek') uit de Xunzi en is de Yueling (月令 , 'Activiteiten van de regering tijdens de verschillende maanden') een variant op de Annalen van de maandelijkse inachtnemingen uit de Lüshi chunqiu (呂氏春秋, de 'Lente en Herfst Annalen van mijnheer Lü' en de Huainanzi (淮南子, de 'Meesters van Huainan').
Nr. | Nr. | Titel | Vertaling | Opmerkingen |
---|---|---|---|---|
1 | 1 | Quli (曲禮) 上 | Samenvatting van gedragsregels | deel A (上) |
2 | Quli (曲禮) 下 | deel B (下) | ||
2 | 3 | Tan Gong (檀弓) 上 | Tangong | deel A (上) |
4 | Tan Gong (檀弓 下 | deel B (下) | ||
3 | 5 | Wangzhi (王制) | Koninklijke regels | |
4 | 6 | Yueling (月令) | Handelingen door de regering in de verschillende maanden | Verhandeling over de kalender. Zou zijn samengesteld door Zou Yan (305-240 v.Chr.) |
5 | 7 | Zengzi (曾子問) | De vragen van Zengzi | |
6 | 8 | Wenwang (文王世子) | Koning Wen, de kroonprins | |
7 | 9 | Liyun (禮運) | De overdracht van de riten | |
8 | 10 | Liqi (禮器) | Hulpmiddelen bij riten | |
9 | 11 | Jiaotesheng (郊特牲) | Het grote offer aan de grens | |
10 | 12 | Neize (內則) | De vorm van de familie | |
11 | 13 | Yuzao (玉藻) | Kleding en (hoofd)kappen gedragen door heersers | |
12 | 14 | Mingtang Wei (明堂位) | De Hal van het Onderscheid | |
13 | 15 | Sangfu Xiaoji (喪服小記) | Kleine optekeningen over rouwkleding | |
14 | 16 | Dazhuan (大傳) | De Grote Verhandeling | |
15 | 17 | Shaoyi (少儀) | Secundaire gedragsregels | |
16 | 18 | Xueji (學記) | Optekening over studie | |
17 | 19 | Yueji (樂記) | Optekening over muziek | |
18 | 20 | Zaji (雜記) 上 | Diverse optekeningen | deel A (上) |
21 | Zaji (雜記) 下 | deel B (下) | ||
19 | 22 | Sang Daji (喪大記) | Grote optekening van de rouwrituelen | inclusief Sangfu Daji (喪服大記) Grote optekening van de rouwkleding |
20 | 23 | Jifa (祭法) | Wetten voor offers | |
21 | 24 | Jiyi (祭義) | De betekenis van de offers | |
22 | 25 | Jitong (祭統) | Kort verslag van de offers | |
23 | 26 | Jingjie (經解) | Uitleg van de Klassieken | |
24 | 27 | Aigong Wen (哀公問) | De vragen van Hertog Ai | |
25 | 28 | Zhongni Yanju (仲尼燕居) | Confucius thuis op zijn gemak | |
26 | 29 | Kongzi Xianju (孔子閒居) | Confucius' ontspannen thuis | |
27 | 30 | Fangji (坊記) | Optekening over dijken | |
28 | 31 | Zhongyong (中庸) | Doctrine van het Midden | Behoort tot de Vier Boeken |
29 | 32 | Biaoji (表記) | De optekening over een voorbeeld | |
30 | 33 | Ziyi (緇衣) | Zwarte kleding | |
31 | 34 | Bensang (奔喪) | Zich haastend naar de rouwrituelen | |
32 | 35 | Wensang (問喪) | Vragen over de rouwrituelen | |
33 | 36 | Fuwen (服問) | Onderwerpen voor vragen over de rouwrituelen | |
34 | 37 | Jianzhuan (間傳) | Verhandeling over secundaire punten bij de rouwgewoonten | |
25 | 38 | Sannianwen (三年問) | Vragen over de rouwperiode van drie jaar | |
36 | 39 | Shenyi (深衣) | Het lange kledingstuk uit één geheel | |
37 | 40 | Touhu (投壺) | Het spel van het gooien van pijlen in een vaas | Pitch-Pot |
38 | 41 | Ruxing (儒行) | Het gedrag van de geleerde | |
39 | 42 | Daxue (大學) | Grote Leer | Behoort tot de Vier Boeken |
40 | 43 | Guanyi (冠義) | De betekenis van de kapceremonie | |
41 | 44 | Hunyi (義 of 昏婚)) | De betekenis van de huwelijksceremonie | |
42 | 45 | Xiang Yinjiu Yi (鄉飲酒義) | De betekenis van het drinkfeest in de districten | |
43 | 46 | Sheyi (射義) | De betekenis van de ceremonie van het boogschieten | |
44 | 49 | Yanyi (燕義) | De betekenis van het banket | |
45 | 48 | Pingyi (聘義) | De betekenis van de uitwisseling van diplomatieke missies tussen de verschillende hoven | |
46 | 49 | Sangfu Sizhi (喪服四制) | De vier principes die ten grondslag liggen aan de rouwkleding |
Er zijn diverse vertalingen in westerse talen: